Grote wadi’s niet meer verplicht in kleine tuinen: Brouns schrapt onrealistische verplichtingen regenwateropvang
Vlaams minister Brouns hervormt regels rond regenopvang: wie bouwt of verbouwt, krijgt voortaan meer keuze. Met een nieuwe omzendbrief voorkomt dat gezinnen worden geconfronteerd met dure of onwerkbare ingrepen die weinig meerwaarde hebben voor het watersysteem. “Onze wateruitdaging is groot: drogere zomers, lagere grondwaterstanden en hevigere regenbuien. Regenwater vasthouden is dus cruciaal” zegt Vlaams minister van Omgeving Jo Brouns. “Maar dan wel met verstand van huis en tuin. We schrappen de onrealistische verplichtingen, en we geven Vlamingen ruimte voor maatwerk, innovatie en oplossingen die werken.”
Waarom deze aanpassing nodig is?
De regels rond regenwater bleken in verschillende gemeenten anders te worden geïnterpreteerd. Gezinnen kregen soms verplichtingen die niet haalbaar of zinvol waren, bijvoorbeeld wanneer een zeer kleine stadstuin ruimte moest maken voor een grote wadi waardoor de tuin amper bruikbaar werd om in te spelen of in te ontspannen. De nieuwe omzendbrief maakt hier een einde aan en zorgt voor meer duidelijkheid en rechtszekerheid.
Het doel blijft identiek: water houden waar het valt, maar met oplossingen die passen bij de plek en het project.
Wat verandert er concreet?
Meer mogelijkheden voor kleine en smalle tuinen: Wie een perceel heeft van maximaal 6 meter breed of een achtertuin van circa 100m² of kleiner is niet langer verplicht om een wadi aan te leggen.
De minister verduidelijkt dat dit ook voortaan ook eenvoudiger kan door te kiezen voor een systeem van ondergrondse infiltratie. Zo blijft er voldoende ruimte in de tuin om te ontspannen of te spelen.
Hierdoor krijgen mensen opnieuw de mogelijkheid om een tuinhuis te plaatsen in een klein tuintje
Opritten worden eenvoudiger en goedkoper: Waterdoorlatende opritten en paden met een helling tot 5% worden toegelaten zonder bijkomende roosters, putten of koppelingen. Vandaag geldt dit tot 2%: dit blijkt in de praktijk onwerkbaar omdat er dan nog een extra dorpel of verhoging moet komen om aan te sluiten op de hoogte van het huis of de garage. Dat maakt huizen beter toegankelijk én klimaatbestendig zonder extra kosten.
Gemeenten moeten extra voorwaarden onderbouwen: Een lokale overheid kan enkel strengere eisen opleggen wanneer ze die kan motiveren vanuit een aanwezige specifieke context, bijvoorbeeld via een goedgekeurd hemelwater- of droogteplan. Geen extra regels “zomaar voor alle zekerheid”
Minder papier, minder vertraging: Adviesinstanties bij de lokale overheden mogen bijkomende informatie vragen, maar het ontbreken daarvan mag geen reden zijn om een aanvraag te blokkeren. Want in de praktijk zorgt dit voor nodeloze vertragingen en veel administratieve rompslomp bij de burger.
Daarenboven komt er
Er komt een handige tool die architecten en ontwerpers ondersteunt in meer maatwerk en alternatieve oplossingen.
Er komt een lijst van waterdoorlatende verhardingen die voldoen aan de infiltratie-eisen. Daarover bestaat vandaag nog te veel onduidelijkheid. Zo hoeft niet elke gemeente dit afzonderlijk te beoordelen en vermijden we dat hetzelfde materiaal in de ene gemeente wél en in de andere níet wordt aanvaard. Dit zorgt voor meer uniforme beslissingen.
Een mentaliteitswijziging: flexibel én toekomstgericht
Met de nieuwe richtlijnen kiest Vlaanderen voor praktische oplossingen met dezelfde ambitie: minder water naar de riool, meer infiltratie in eigen bodem, en betere bescherming tegen droogte en wateroverlast.
“Vlaanderen moet toekomstgericht bouwen: klimaatbestendig én betaalbaar. We geven gezinnen en architecten vertrouwen, ruimte en flexibiliteit. Op het terrein heerst er frustratie over de soms onrealistische verplichtingen die worden opgelegd en de soms nodeloze vertragingen en papiermolen die daarbij komt kijken. Met deze omzendbrief willen we daar een antwoord op bieden en willen we de Vlamingen vooral niet op onnodige extra kosten jagen,” aldus nog Jo Brouns.
