Doorbraak in de PFAS aanpak voor Vlaanderen

De Vlaamse Regering heeft vandaag een belangrijke stap gezet in de aanpak van PFAS-verontreiniging in de bodem. Door een wijziging van het Bodemdecreet en de uitwerking van een nieuw handelingskader (o.b.v. richtlijnen en een omzendbrief), wil minister van Omgeving Jo Brouns duidelijkheid en rechtszekerheid bieden aan bouwheren, bodemdeskundigen en lokale besturen. De aanpak verzoent de bescherming van het milieu en de volksgezondheid met aandacht voor de uitvoerbaarheid en duidelijkheid van bouwwerven.

Aanleiding is de juridische onzekerheid die was ontstaan nadat de auditeur van de Raad van State eerder dit jaar adviseerde om het door de vorige Vlaamse regering in juli 2023 goedgekeurde tijdelijk handelingskader voor het gebruik van PFAS-houdende bodemmaterialen te vernietigen. Daardoor vielen bouw- en saneringsprojecten terug op verouderde richtlijnen uit 2022 terwijl tegelijkertijd moest rekening gehouden worden met de meest recente wetenschappelijke inzichten. Vanuit de sector kwam de terechte vraag naar een duidelijk en werkbaar kader.

In dat vacuüm stelt Vlaanderen nu een vierledige oplossing voor die zowel op korte als op lange termijnperspectief biedt.

  1. Aanpassing van het Bodemdecreet
    Het Bodemdecreet wordt structureel aangepast om een wettelijke basis te bieden voor het vastleggen van toetsingswaarden voor nieuwe en alom aanwezige stoffen zoals PFAS. Dit is een essentiële stap richting het op middellange termijn vaststellen van een definitief handelingskader dat juridisch stevig onderbouwd maar in de praktijk ook werkbaar is.

  1. Omzendbrief als tijdelijke gids voor grondverzet
    Een nieuwe omzendbrief geeft nu al praktische duidelijkheid over hoe PFAS-houdende bodemmaterialen kunnen verplaatst worden. Via een getrapt en risico-gestuurd systeem kunnen bodemdeskundigen en aannemers in het kader van hun bouwprojecten inschatten welke gronden waarheen kunnen verplaatst worden.

  2. Nieuwe technische richtlijn in de maak
    OVAM vaardigt tegelijk een vernieuwde richtlijn uit met richtinggevende toetsingswaarden voor bodemonderzoek en sanering van PFAS-houdende bodems. Ze zijn gebaseerd op de meest recente wetenschappelijke inzichten, onder meer uit het FLUOREX-project en wetenschappelijke adviezen van VITO en gezaghebbende internationale bronnen. Dit is een autonome bevoegdheid van OVAM.

  3. Intrekking van het oude tijdelijke handelingskader
    Het tijdelijk handelingskader van 2023 wordt omwille van de juridische duidelijkheid ingetrokken.

Breed overleg met stakeholders

Deze aanpak kwam tot stand na overleg met een brede groep stakeholders, van Embuild tot milieuorganisaties zoals Bond Beter Leefmilieu. Een handelingskader dat aansluit bij de aanbevelingen van de parlementaire onderzoekscommissie PFAS-PFOS en bij het Vlaamse regeerakkoord dat expliciet pleit voor werkbare, rechtszekere en risico-gebaseerde milieunormen.

Met deze maatregelen kiest Vlaanderen voor een evenwichtige koers. Niet alleen de bescherming van bodem en grondwater staat centraal, maar ook de nood aan juridische duidelijkheid en de economische haalbaarheid op het terrein. Door met de aanpassing van het bodemdecreet perspectief te bieden op een juridisch robuust definitief handelingskader en tegelijkertijd tijdelijke oplossingen aan te bieden, krijgen cruciale sanerings- en infrastructuurprojecten een haalbare doorstart zonder de milieu- en gezondheidsdoelstellingen uit het oog te verliezen.

De Vlaamse Regering heeft het volledige pakket nu principieel goedgekeurd en vraagt advies aan de strategische raden, met het oog op een definitieve besluitvorming in de komende maanden.

"Vandaag lopen kleine en grote werven in Vlaanderen kostelijke vertragingen op door PFAS-onzekerheid. De Oosterweelwerken in Antwerpen, rioleringswerken en baggerprojecten: overal botsen aannemers, besturen en burgers op juridische onzekerheden en onwerkbare regels. Duidelijke regels zijn nodig om zowel milieuschade als maatschappelijke stilstand te voorkomen: wegen en fietspaden kunnen niet worden aangelegd, bodemsaneringen blijven uit, drinkwaterprojecten schuiven op de lange baan. Met deze nieuwe aanpak kiezen we voor actie: we beschermen de gezondheid, maar zorgen ook dat Vlaanderen weer vooruit kan. Geen afwachtend beleid, maar duidelijke, doordachte en doorsproken spelregels waarmee werken heropgestart kunnen worden — veilig, verantwoord en werkbaar,” aldus Vlaams minister van Omgeving Jo Brouns

In het kader van het PFAS-akkoord werd ook het plan van aanpak rond grondafzet goedgekeurd. “Een cruciale stap voor onze economie en zeker onze grote werven, want grondafzet in Vlaanderen is een urgent vraagstuk dat vroeg om een duurzame en efficiënte aanpak, waarbij het hergebruik van bodemmaterialen centraal staat. Om zo de enorme hoeveelheden gronden die vrijkomen door o.a. Oosterweel en onze andere grote werven kwijt te kunnen”, aldus Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Annick De Ridder. Het plan van aanpak Grondafzet omvat onder andere acties om samenwerking en kennisuitwisseling rond het hergebruik van uitgegraven bodem te versterken. Zo is er reeds een geüpdatet overzicht beschikbaar van de (potentiële) afzetlocaties binnen MOW. Daarnaast wordt binnen MOW een intern “grondnetwerk” opgezet om vraag en aanbod van bodemmaterialen beter op elkaar af te stemmen. Groeven en graverijen, die een belangrijke afzetmarkt vormen door hun opvulverplichting, worden onderzocht op technische en juridische knelpunten. Samen met de federale overheid verkennen we de mogelijkheid om zandige gronden te bergen in de Noordzee. Er worden ook best practices verzameld om het hergebruik van bodem verder te stimuleren. Daarnaast wordt ingezet op communicatie om de perceptie rond verantwoord hergebruik te verbeteren. Voor aannemers komt er een gebruiksvriendelijk platform dat hen ondersteunt in het bepalen van mogelijke bouwkundige toepassingen van restgronden, ook na reiniging. Tot slot wordt ook de samenwerking met Nederland versterkt om de afvoer van gronden naar daar te vergemakkelijken, ondanks bestaande verschillen in regelgeving en perceptieproblemen.

Vorige
Vorige

Jo Brouns wil misbruik van beroepsprocedures aanpakken: “Rechtsbescherming mag geen verdienmodel worden”

Volgende
Volgende

Grootste onderscheiding voor kwaliteit zwemwater in Vlaanderen